donderdag 24 mei 2018

Shabnan en Hagar

Ze kwam uit Iran en was naar Nederland gevlucht om een nieuw bestaan op te bouwen. Shabnan had zich in opgewerkt tot vertaler voor een groep Iraniƫrs in de kerk. Daarnaast had de ex-moslima bewust gekozen voor het Christendom, ze bezocht een huiskring en had in het verleden Bijbelstudie gevolgd. Shabnan had twee kinderen gebaard. Ongeveer twee jaar geleden nam God een belangrijkere plaats in dan Allah waarmee ze was opgegroeid. Een vrouw voor wie ze veel bewondering had in de Bijbel was slavin Hagar.

Hagar was gevlucht haar geboorteland en werd voor allochtoon aangezien in het koninkrijk van koning Abimelech. In Hagar's tijd was geen kind krijgen een schande. Het lot dat ze als slavin moest werken in de grote villa van Abraham en Sara was haar toebedeeld. Toch moest Hagar gedwongen vertrekken toen Sara op honderd jarige leeftijd nog een kindje op de wereld bracht.
 
In de woestijn, buiten de stad, had ze al eerder de engel ontmoet die haar had toegesproken en had teruggestuurd naar de stad. Toentertijd was ze er dankbaar voor geweest, nu verlangende ze ernaar dat diezelfde engel haar een verlossende boodschap gaf voor dat ze was ontslagen uit de grote villa. Ze verlangende naar een nieuwe identiteit dat haar leven positief zou veranderen. Voor Shannen was dat laatste wel goed uitgepakt, ze had een baan als verpleegkundige in de thuiszorg. Van ontslagen worden was nog geen sprake. Toch was de vergelijking met Hangar die trouw voor Sara had gewerkt voor haar iets om jaloers op te zijn.
 
Na dit verhaal gesproken te hebben  was ze opgelucht dat iedereen in de kerk wist wat haar al een tijd bezig hield.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten